Op 4 juni vond in de Tweede Kamer de hoorzitting over de uitspraak van de ACM plaats over de Kip van Morgen. Aan het woord kwamen mededingingsexperts, maatschappelijke organisaties, de pluimveesector en het CBL. Het CBL heeft aangeven de uitspraak buitengewoon teleurstellend te vinden en dat de analyse die de ACM heeft uitgevoerd op onterechte aannames is gebaseerd en methodologisch zwak is onderbouwd. De uitspraak van de ACM is een spaak in het wiel van een belangrijk verduurzamingsinitiatief, waarmee de sector antwoord geeft op urgente maatschappelijke vraagstukken omtrent dierenwelzijn en milieu. Bovendien zet dit een rem op lopende en toekomstige verduurzamingsinitiatieven en maatschappelijk verantwoord ondernemen in het algemeen.
Volgens het CBL maakte de ACM in haar beoordeling vijf fouten:
Fout 1. Aanname zonder fact-checking dat de meerkosten 100% worden doorberekend naar de consument. Feit is dat we niet over prijsvorming hebben gesproken, laat staan daar afspraken over hebben gemaakt.

Fout 2. Ontkenning zonder analyse of onderbouwing van de First Mover Disadvantage. Feit is dat het raamwerk rondom Kip van Morgen in februari 2013 is vastgesteld. Het onderzoek van de ACM dateert van eind 2014, het moment waarop individuele ketens volop aan het invullen zijn.

Fout 3. De beperkte kostenindicatie zoals door het LEI berekend is voor volledig en waar aangenomen. Feit is dat het LEI in de hoorzitting aangaf dat deze cijfers geenszins kloppen.

Fout 4. Het toepassen van de Willingness to Pay methode om een deel van de maatregelen in geld uit te drukken. Feit is dat dit een zeer grove methode is die het verschil tussen burger en consument in beeld brengt.

Fout 5. De ACM is buiten haar rol gegaan door een oordeel te hebben over de mate van verduurzaming van de kipketen door de Kip van Morgen. Feit is dat we al genoeg organisaties in Nederland hebben die een mening hebben over verduurzaming.

Fouten die voorkomen hadden kunnen worden door vragen te stellen aan alle betrokkenen.

De hoofdvraag die blijft hangen is vooral een politiek-bestuurlijke.
En daar gaat de Tweede Kamer over. Het gaat niet om kip, het gaat niet om de voedselketen en het gaat niet om verduurzaming. Waar we het over moeten hebben is de vraag of bedrijven en maatschappelijke organisaties mogen samenwerken om maatschappelijke gewenste ontwikkelingen te realiseren. Of willen we geen zelfregulering en willen we dat alles wordt vastgelegd in wetgeving?
Lees hier de volledige reactie van het CBL op de analyse Kip van Morgen van de ACM.